De NT2-vakantieschool is een kort en intensief taaltraject tijdens de zomervakantie. Leerlingen uit het ISK-onderwijs werken gedurende één of twee weken op een speelse, activerende manier aan hun taalvaardigheid. Naast taallessen is er volop ruimte voor sociale interactie, talentontwikkeling en het vergroten van het zelfvertrouwen. Het programma omvat workshops, creatieve opdrachten en een feestelijke afsluiting. In dit bloglees je meer over wat een vakantieschool inhoudt.
Voor veel ISK-leerlingen is zes weken zomervakantie te lang. De afstand tot de taal groeit, en daarmee ook het risico dat eerder opgedane kennis verwatert. Door een vakantieschool aan te bieden, blijven jongeren in contact met de Nederlandse taal én met elkaar, in een ontspannen en veilige setting.
De opzet is flexibel: sommige scholen kiezen voor volledige ondersteuning, terwijl anderen zelf de coördinatie doen en Bisbee, onderdeel van Het Onderwijshuis, inschakelen voor de inzet van vakbekwame docenten. Een aanpak op maat, afgestemd op de behoeften van de school en de leerling. Hoe Bisbee een vakantieschool organiseert? Dat lees je hier.
En hoe ervaart een docent het om nieuwkomersleerlingen les te geven tijdens een vakantieschool? We spreken met theaterdocent Colinda Welboren, die inmiddels aan meerdere edities heeft deelgenomen. Als zelfstandige werkt zij op diverse plekken in het onderwijs en de culturele sector. Haar passie voor theater en haar ervaring met ISK-leerlingen komen tijdens de vakantieschool op unieke wijze samen.
“Dit is anders dan regulier onderwijs. Vrijer, creatiever. Je creëert in korte tijd een taalrijke bubbel waarin leerlingen durven te groeien,” vertelt ze. Wat haar direct aansprak, was de doelgroep: jongeren met verschillende culturele achtergronden die nieuwsgierig en leergierig zijn. “Het is mooi om theater in te zetten om hen weer mens te laten voelen – niet alleen ‘nieuwkomer’. Ze zijn moediger dan ze zelf denken.”
In haar lessen combineert ze beweging, spel en taal. “We beginnen bijvoorbeeld met een simpele begroeting: “Hoi, hoe gaat het?’’ Elke dag voegen we nieuwe zinnen toe, vaak zinnen die leerlingen zelf op straat oppikken. Aan het eind van de week spelen ze een hele scène, en de remming om hardop de Nederlandse taal te spreken, ervaren ze een stuk minder.” Ook fysieke oefeningen helpen: staan, zitten, bewegen – taal wordt op die manier met het hele lichaam beleefd. “Ze krijgen opdrachten om in duo's uit te voeren. Doordat iedereen tegelijkertijd praat, valt die drempel weg.”
De aanpak is bewust laagdrempelig en beeldend. “Alleen praten werkt niet. Ik doe het eerst voor, dan doen we het samen, en daarna mogen zij het alleen doen. Taal krijgt betekenis als je het voelt, ziet en doet. Het enthousiasme van de leerlingen werkt aanstekelijk. Sommige leerlingen vinden het spannend, maar doen het toch. En dan zie je ze groeien.”
Wat Colinda het meest bijblijft, zijn de kleine momenten. “Een meisje dat eerst nauwelijks durfde te spreken, en aan het eind als ‘museumgids’ in een theatervoorstelling zelfverzekerd haar verhaal doet. Leerlingen die verbaasd zijn als ik zeg: “Wat heb jij een mooie uitspraak.’’ En het lachen samen – dat je als docent ook gewoon mens bent en vergissingen maakt, niet alleen degene die iets komt uitleggen.”
Colinda noemt de groepsdynamiek de sleutel tot succes. “In de eerste les draait het om veiligheid en kennismaking. Met actieve werkvormen leren we elkaar snel kennen, en ontstaat er vertrouwen. Pas daarna werk ik toe naar opdrachten op papier. Die zijn open geformuleerd, zodat iedereen op zijn eigen niveau mee kan doen.”
Elke editie van de vakantieschool is anders. In Amstelveen werkte Colinda twee zomers achter elkaar met een klein team. “We begonnen elke dag samen en sloten ook samen af, wat voor mij prettig werkte. In Tilburg werkten we met een bestaand schoolsysteem. Dan is het even zoeken: wat past bij mij, waar ligt mijn rol? Het heeft mij geleerd om vooraf duidelijk te bespreken wie waarvoor verantwoordelijk is. Dan ontstaat er ruimte om te doen waar je goed in bent, en dat geef je door aan de leerlingen.”
Haar tip voor scholen die ook een vakantieschool willen organiseren, of voor collega's die hieraan willen deelnemen? Die is voor haar duidelijk: “Durf eigenzinnig te zijn. Laat taal niet alleen iets voor het hoofd zijn, maar ook voor het hart en het lichaam. Sluit de moedertaal van leerlingen niet uit, maar gebruik die juist als brug. En zorg voor een duidelijke organisatie waarin veiligheid en ruimte voor creativiteit hand in hand gaan.”
Bisbee ondersteunt scholen bij het opzetten van een vakantieschool die aansluit bij de behoeften van de leerlingen. Van complete programma’s tot de inzet van ervaren NT2-docenten: wij denken graag met je mee.
Ben je onderwijsprofessional en lijkt het je inspirerend om zelf een bijdrage te leveren? Ook dan komen we graag met je in contact. Misschien sta jij volgende zomer zelf voor de klas tijdens de vakantieschool.
Neem gerust contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken.